Docenten en studenten van het Instituut voor Informatica van de UVA ontwikkelden in samenwerking met hun Amerikaanse collegas software die de gemoedstoestand kan bepalen op basis van verschillende gezichtskenmerken.
Het programma brengt kenmerken als rimpels rond de ogen, de stand van de wenkbrauwen en de ronding van de lippen in kaart en koppelt die aan de zeven basisemoties.
- plezier;
- boosheid;
- afschuw;
- verdriet;
- verrassing;
- angst;
- minachting.
Bij wijze van reclamestunt voor hun nieuwste uitvinding testte onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam (UVA) en de Universiteit van Illinois hun emotiesoftware op het wereldberoemde schilderij de Mona Lisa.
De mysterieuze vrouw op het wereldberoemde werk van Leonardo da Vinci was op het moment van schilderen voor 83 procent blij. Verder onthullen haar blik en glimlach 9 procent weerzin, 6 procent angst en 2 procent boosheid.
Nog geen reacties op "Emotiesoftware bepaald gemoedstoestand op basis van gezichtskenmerken"
Goede ontwikkelingen. Als je alleen al kijkt naar het aantal maal dat er miscommunicatie ontstaat op bijvoorbeeld een msn kan emotiesoftware hier veel in veranderingen. Vanwege gebrek aan emotie begrijpen mensen elkaar minder snel. Ik zie hier in de toekomst wel brood in te verdienen.
Ik zie hier ook veel zinvolle toepassingen.
Het analyseren van een user test kan nu bv veel gemakkelijker. Maar ook op het gebied van “intelligente software” zijn er veel kansen. Stel bv dat mijn MSN weet dat ik geconcentreerd bezig ben, dan kan de status automatisch over bezig komen te staan en weet hij dat hij die berichten niet moet oplichten. Want wie kan nu langer dan 5 minuten een knipperend venster weerstaan?
“Stel bv dat mijn MSN weet dat ik geconcentreerd bezig ben”
MSN springt nu op afwezig als je niets aan het doen bent. Ook zonder beeldherkenning zou je met een eenvoudige berekening van o.a. toetsaanslagen en actieve software (Word) aan MSN kunnen laten weten dat je geconcentreerd bezig bent. Bestaat dat nog niet?
Ik denk dat ze alle dat soort dingen moeten koppelen om tot een echt goed beeld te komen. Feit blijft wel dat een ontwikkeling in gang is gezet waarbij het gaat om de computer te leren anticiperen op de eindgebruiker. Of dit echter wenselijk is? Hoever moet je daar in gaan? Werkt mijn photoshop straks anders als die van mijn collega? Dat lijkt me nadelig voor kennisoverdracht. Deze vragen zullen de komende tijd ongetwijfeld boven komen drijven.
Plaats je reactie
Velden met een * zijn verplicht in te vullen